Elles peuvent être (1) techniques : la caisse métallique des voitures et les filtres anti-solaires sur les vitres atténuent le signal GSM, (2) inhérentes à la vitesse de déplacement d’un train : la vitesse d’un train influence la qualité du signal reçu (par exemple : un train se déplaçant à 160 km par heure influe négativement sur la qualité de réception du signal) ; (3) inhérentes au relief et à l’environnement ferroviaire : le train passe dans des endroits (vallées par exemple) non couverts par les opérateurs mobiles.
Deze kunnen (1) van technische aard zijn: de metalen bak van de wagens en de zonnefilters op de ruiten verzwakken het GSM-signaal, (2) inherent zijn aan de verplaatsingssnelheid van een trein: de treinsnelheid beïnvloedt de kwaliteit van het ontvangen signaal (zo heeft bijvoorbeeld een trein die tegen 160 km per uur rijdt, een negatieve uitwerking op de ontvangstkwali-teit van het signaal); (3) inherent zijn aan het reliëf en aan de spoorwegomgeving: de trein passeert op plaatsen (valleien bijvoorbeeld) die niet door de mobiele operatoren zijn gedekt.