Conformément aux commentaires sur l'article 5, paragraphe 4, a), du modèle OCDE d'Accord sur l'échange de renseignements en matière fiscale (nº 49), on considère généralement qu'une personne agit « en qualité de fiduciaire » lorsque cette personne traite une opération, ou manipule des fonds ou des biens, pour le compte d'une autre personne à l'égard de laquelle elle se trouve dans une relation impliquant et nécessitant la confiance, d'une part, et la bonne foi de l'autre.
Conform de commentaar bij artikel 5, paragraaf 4, a), van het modelverdrag van de OESO inzake de uitwisseling van inlichtingen met betrekking tot belastingaangelegenheden (nr. 49) wordt een persoon gewoonlijk geacht werkzaam te zijn « in de hoedanigheid van een zaakwaarnemer » wanneer die persoon transacties doet of fondsen of goederen manipuleert voor rekening van een andere persoon, ten opzichte waarvan hij een band heeft die aan de ene kant vertrouwen impliceert en noodzaakt en aan de andere kant goede trouw.