L'assujetti belge est dès lors tenu de s'informer du statut de l'opération effectuée dans l'Etat membre du preneur (par exemple auprès des autorités de cet Etat membre, d'un conseiller fiscal, de son client,.), et ce afin de connaître les mentions à apposer sur la facture, de déterminer dans quelle grille de sa déclaration périodique cette opération doit être reprise, et si elle doit ou non être renseignée dans son relevé des opérations intracommunautaires.
De Belgische belastingplichtige dient derhalve zich te vergewissen van het statuut van de verrichte handeling in de lidstaat van de afnemer (bijvoorbeeld bij de autoriteiten van deze lidstaat, bij een fiscaal raadgever, bij zijn klant,.), teneinde de aan te brengen factuurvermeldingen te kennen, te bepalen in welk rooster van de periodieke aangifte deze handeling moet worden opgenomen, en of deze handeling al dan niet moet opgenomen worden in zijn opgave van de intracommunautaire handelingen.