Vu que les membres de la Commission permanente doivent être élus en vertu de l'article 91 de la loi du 7 décembre 1998 et que, par conséquent, les règles relatives à la représentation équilibrée d'hommes et de femmes ne peuvent pas être respectées, la Commission permanente a estimé souhaitable de présenter, en tant que troisième vice-président, une femme chef de corps qui a en outre récemment apporté une contribution et une collaboration actives et compétentes lors de différentes concertations portant sur la fonction de police et la gestion policière».
Gelet op het feit dat de leden van de vaste commissie door het artikel 91 van de wet van 7 december 1998 moeten verkozen worden en bijgevolg de regels betreffende de evenwichtige vertegenwoordiging van mannen en vrouwen onmogelijk kan worden nageleefd, heeft de Vaste Commissie het wenselijk geacht voor het derde vice-voorzitterschap een vrouwelijke korpschef voor te dragen die bovendien in het recente verleden voor een gedreven en deskundige inbreng en medewerking zorgde bij verschillende overlegmomenten omtrent politiezorg en politiebeheer».