122. souligne le fait que le caractère limi
té des plafonds des paiements pour 2014-2020 demeure un problème crucial pour le budget de l'Union, qui a des répercussions négatives sur la relance économique dans la mesure où les retards de paiement sont principalement préjudiciables aux bénéficiaires directs; rappelle la nécessité de veiller, en fonction de l'exécution, à ce que l'évolution des paiements se fasse dans les délais et de façon ordonnée afin d'honorer, de façon concomitante, tant les paiements émanant d'engagements pris dans le passé que ceux qui résultent d'un préfinancement destiné à lancer rapidement les nouveaux programmes,
...[+++] et d'éviter un transfert anormal d'engagements restant à liquider (RAL) vers le budget 2015; demande instamment au Conseil, à cet égard, d'adopter dans sa totalité le projet de budget rectificatif n° 3/2014, tel que présenté par la Commission, afin que le budget de l'Union ait une incidence maximale en termes d'investissements sur le terrain; fait remarquer que si les projets de budget rectificatifs n° 2, 3 et 4 sont adoptés sans modification, l'incidence budgétaire globale, en termes de contributions supplémentaires en fonction du revenu national brut (RNB) que devront fournir les États membres pour pouvoir disposer de crédits de paiement suffisants en 2014 afin de faire face aux obligations légales de l'Union, ne sera que de 106 000 000 EUR; fait valoir sa détermination à continuer de contrôler la situation globale en termes de paiements et de RAL, ainsi qu'à faire plein usage de tous les instruments de flexibilité prévus par le règlement sur le CFP et l'accord interinstitutionnel connexe; insiste sur le fait qu'il conviendra de régler de façon durable la question de la crise récurrente des paiements du budget de l'Union, à l'occasion de la révision postélectorale du CFP 2014-2020, qui devra être lancée dès que possible par la nouvelle Commission dont l'entrée en fonction est prévue pour le 1er novembre 2014; 122. benadrukt dat de strikte maxima van de betalingskredieten voor 2014-2020 voor de EU-begroting een belangrijk probleem blijven vormen, omdat deze een negatief effect hebben op het economisch
herstel, aangezien late betalingen vooral de rechtstreekse begunstigden schaden; benadrukt nogmaals dat met het oog op de tenuitvoerlegging gezorgd moet worden voor een tijdige en ordelijke afwikkeling van de betalingen, zodat betalingen uit hoofde van vastleggingen uit het verleden en betalingen in het kader van vroegtijdige financiering voor een snelle start van nieuwe programma's tijdig worden verricht, en een abnormale verschuiving van nog b
...[+++]etaalbaar te stellen bedragen (RAL) naar de begroting van 2015 wordt vermeden; dringt er in dit verband bij de Raad op aan om het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 3/2014, zoals ingediend door de Commissie, in zijn geheel goed te keuren, zodat de EU-begroting een zo krachtig mogelijke impuls kan geven aan het investeringsklimaat in de EU; wijst erop dat indien de ontwerpen van gewijzigde begroting nrs. 2, 3 en 4 ongewijzigd worden vastgesteld, dit een totaal begrotingseffect zou hebben waarbij er slechts 106 miljoen EUR aanvullende bni-bijdragen door de lidstaten beschikbaar zouden hoeven worden gesteld om een toereikend niveau van betalingskredieten in 2014 te waarborgen ter dekking van de bestaande juridische verplichtingen; onderstreept zijn vaste voornemen om de algehele situatie wat betreft de betalingen en de nog betaalbaar te stellen bedragen te blijven controleren en volledig gebruik te maken van de door de MFK-verordening en de bijbehorende interinstitutionele overeenkomst geboden flexibiliteit; onderstreept dat de steeds weer opnieuw opduikende betalingscrisis in het kader van de EU-begroting op een duurzame manier moet worden opgelost ter gelegenheid van de postelectorale herziening van het MFK 2014-2020, waartoe door de per 1 november 2014 aantredende nieuwe Commissie zo snel mogelijk moet worden overgegaan;