De manière générale, il f
aut rappeler que le partage en nature des biens (mobiliers et immobiliers) compris dans l'indivision constitue la règle, dont l'article 826 du Code civil constitue une illustration en matière de part
age des indivisions successorales (ce principe connaît toutefois des exceptions légales (ou contractuelles) sans cesse croissantes, notamment: les droits à l'attribution préférentielle (visés aux articles 1446 et 1447 du Code civil), les articles 1448 et 1455 du Code civil, les clauses contractuelles de préciput, l
...[+++]es articles 745quater et quinquies, 792, 828, 837 et 841 du Code civil, les droits de reprise de la loi sur le régime successoral des petits héritages, la loi 29 août 1988 relative au régime successoral des entreprises agricoles en vue d'en améliorer la continuité, l'article 826 du Code civil, sans oublier l'obligation de l'article 829 du Code civil dans le chef d'un héritier de faire rapport, outre des dons qui lui ont été faits, des sommes dont il est débiteur: cette obligation constitue elle aussi une exception à la règle du partage en nature des biens disponibles puisque le lot de l'héritier concerné sera par priorité rempli par la dette).In het algemeen, wordt in he
rinnering gebracht dat de verdeling in natura van de (roerende en onroerende) goederen van de onverdeeldheid, zoals bepaald in artikel 826 van het Burgerlijk Wetboek de regel is (dit principe kent evenwel wettelijke (of contractuele) uitzonderingen niet te na gesproken, zoals onder meer : de rechten op preferentiële toebedeling (art. 1446, 1447 van het Burgerlijk Wetboek), artikel 1448 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 1455 van het Burgerlijk Wetboek, contractuele bedingen van vooruitmaking, artikelen 745quater en quinquies van het Burgerlijk Wetboek, artikel 792 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 828 B.W.,
...[+++] artikel 837 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 841 van het Burgerlijk Wetboek, de overnamerechten Wet Kleine Nalatenschappen, wet 29 augustus 1988 inzake erfregeling landbouwbedrijven met het oog op het bevorderen van de continuïteit; artikel 826 van het Burgerlijk Wetboek, en ook de verplichting van artikel 829 van het Burgerlijk Wetboek in hoofde van een erfgenaam om, naast de giften, ook inbreng te doen van de sommen die hij verschuldigd is, vormt een uitzondering op de regel van verdeling in natura van de aanwezige goederen vermits de kavel van de betrokken erfgenaam bij voorrang zal opgevuld worden met de schuld).