3. Les membres autres que l'Union et les partenaires associés rendent compte chaque année, au plus tard le 31 janvier, au comité directeur de l'entreprise commune IMI2 de la valeur des contributions visées au paragraphe 2 versées au cours de chacun des exercices antérieurs.
3. Andere leden dan de Unie en de geassocieerde partners brengen jaarlijks uiterlijk op 31 januari verslag uit aan de raad van bestuur van de gemeenschappelijke onderneming IMI2 over de waarde van de in lid 2 bedoelde bijdragen verstrekt in elk van de voorafgaande begrotingsjaren.