Par ordonnance du 17 mai 2017, la Cour a fixé l'audience pour les débats sur la demande de suspension au 7 juin 2017, après avoir invité les autorités visées à l'article 76, § 4, de la loi spéciale du 6 janvier 1989 sur la Cour constitutionnelle à introduire, le 1 juin 2017 au plus tard, leurs observations écrites éventuelles sous la forme d'un mémoire, dont une copie serait envoyée dans le même délai aux parties requérantes.
Bij beschikking van 17 mei 2017 heeft het Hof de terechtzitting voor de debatten over de vordering tot schorsing bepaald op 7 juni 2017, na de in artikel 76, § 4, van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof bedoelde overheden te hebben uitgenodigd hun eventuele schriftelijke opmerkingen, in de vorm van een memorie, uiterlijk op 1 juni 2017 in te dienen en een afschrift ervan binnen dezelfde termijn aan de verzoekende partijen over te zenden.