C'est ainsi qu'il a prévu, dès 1987, que « pour la détermination
du rang des enfants bénéficiaires, il [serait] tenu compte de tous l
es enfants qui font partie du ménage de l'allocataire, même de ceux qui sont bénéficiaires dans le régime d'allocations familiales pour travailleurs indépendants et le cas échéant, de ceux qui sont bénéficiaires en vertu de l'arrêté royal du 26 mars 1965 relatif aux allocations familiales allouées à certaines catégories du personnel rétribué par l'Etat » (Rapport au Roi précédant l'arrêté royal n° 534 du
...[+++] 31 mars 1987, Moniteur belge, 16 avril 1987, p. 5665).
Aldus heeft hij sinds 1987 erin voorzien dat « voor de rangbepaling van de rechtgevende kinderen [.] rekening [zal] gehouden worden met al de kinderen die deel uitmaken van het gezin van de bijslagtrekkende, ook deze die rechtgevend zijn in de kinderbijslagregeling voor zelfstandigen en, desgevallend, met de kinderen die rechtgevend zijn krachtens het koninklijk besluit van 26 maart 1965 betreffende de kinderbijslag voor bepaalde categorieën van het door de Staat bezoldigd personeel » (Verslag aan de Koning voorafgaand aan het koninklijk besluit nr. 534 van 31 maart 1987, Belgisch Staatsblad, 16 april 1987, p. 5665).