Le fait que l'article 49/1, alinéa 4, de la LCE prévoie, à dater de l'entrée en vigueur de la loi du 27 mai 2013, une protection particulière à l'égard de certaines créances sursitaires, dans le contexte d'une adaptation globale de la LCE, ne permet pas de conclure que les dispositions en cause, dans leur version applicable devant le juge a quo, méconnaissent les articles 10 et 11 de la Constitution.
Het feit dat artikel 49/1, vierde lid, van de WCO, vanaf de inwerkingtreding van de wet van 27 mei 2013, voorziet in een bijzondere bescherming ten aanzien van sommige schuldvorderingen in de opschorting, in de context van een algemene aanpassing van de WCO, maakt het niet mogelijk te besluiten dat de in het geding zijnde bepalingen, in de versie ervan die van toepassing is voor de verwijzende rechter, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schenden.