« Lorsqu'après la prononciation d'un arrêt ayant statué sur la demande de suspension et après l'échange des mémoires en réponse et en réplique ou du mémoire ampliatif, l'auditeur rapporteur constate que les parties n'invoquent aucun élément nouveau depuis l'arrêt qui a suspendu l'exécution de l'acte attaqué ou qui a déclaré tous les moyens non sérieux ou qui a rejeté la demande de suspension pour irrecevabilité du recours, il peut communiquer le dossier au greffe en indiquant qu'il ne déposera pas de nouveau rapport sur le recours en annulation.
« Wanneer na de uitspraak van een arrest over de vordering tot schorsing en na de uitwisseling van de memories van antwoord en van wederantwoord of van de toelichtende memorie, de auditeur-verslaggever vaststelt dat de partijen geen enkel nieuw gegeven aanvoeren
sedert het arrest waarbij de tenuitvoerlegging van de bestreden akte is geschorst of waarin alle middelen als niet ernstig werden verworpen of waarin de vordering tot schorsing werd verworpen wegens niet ontvankelijkheid van het annulatieberoep, kan hij het dossier toezenden aan de griffie met de vermelding dat hij geen nieuw verslag zal indienen over het beroep tot nietigverklar
...[+++]ing.