L'intervenant demande en deuxième lieu des précisions concernant la disposition transitoire que prévoit l'amendement nº 57, en particulier pour ce qui est du passage selon lequel « pour parvenir à cette proportion, à dater de l'entrée en vigueur de la présente loi, une nomination sur trois devra profiter à une personne du sexe le moins représenté, ( ...) ».
Ten tweede wenst hij nadere uitleg over de door amendement nr. 57 voorgestelde overgangsbepaling, inzonderheid de passage volgens welke « om deze verhouding te bereiken (ten hoogste twee derde rechters van hetzelfde geslacht), iedere derde benoeming vanaf de inwerkingtreding van deze wet ten goede dient te komen van iemand van het minst vertegenwoordigde geslacht (...) ».