L'article 41, alinéa 2, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers prévoit que, pour bénéficier du droit d'entrer dans le Royaume, le conjoint et les me
mbres de la famille visés à l'article 40 de l'étranger CE ou d'un Belge, qui ne possèdent pas la nationalité d'un Etat membre de l'Espace économique européen (c'est-à-dire les Etats membres de l'Union européenne, l'Islande, la Norvège et le Liechtenstein - ci-après : E.E.E), doivent être porteurs des documents requis en vertu de l'article 2 de la mêm
e loi (en principe, passeport ...[+++] valable, revêtu, le cas échéant, d'un visa valable).Artikel 41, 2 lid, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen bepaalt dat, om te genieten van het recht om het Koninkrijk te betreden, de echtgenoot en de familieleden van de EG-vreemdeling of van een in artikel 40 bedoelde Belg, die niet de nationaliteit bezitten van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte (d.w.z. de lidstaten van de Europese Unie, IJsland, Noorwegen en Liechtenstein - hierna : E.E.R) houder moeten zijn van de documenten die krachtens artikel 2 van dezelfde wet vereist zijn (in
principe een geldig paspoort dat, in voorkomend ...[+++]geval, voorzien is van een geldig visum).