12. rappelle que les partenariats stratégiques conclus p
ar l'Union avec les pays producteurs et les pays de transit de l'énergie, notamment avec les pays compris dans la politique européenne de voisinage (PEV), exigent des outils adaptés, de la prévisibilité, de la stabilité et des investissements à long terme, qui respectent pleinement la législation relative au marché intérieur de l'énergie; rappelle, dès lors, l'importance d'achever rapidement les interconnexions énergétiques avec les pays voisins, de manière à renforcer les relations avec ces pays; à cet effet, souligne que les objectifs cli
matiques de l'Union ...[+++]doivent impérativement concorder avec les projets européens d'investissement dans les infrastructures à long terme axés sur la diversification des voies d'approvisionnement et des sources d'énergie, et le renforcement de la sécurité énergétique de l'Union, tels que le corridor Sud et le gazoduc Nabucco et la perspective de sa liaison avec les pays d'Europe orientale et centrale; 12. herhaalt dat de strategische partnerschappen v
an de Unie met energieproducerende en energiedoorvoerlanden, met name bepaalde landen die onder het Europees Nabuurschapsbeleid (ENB) vallen, vragen om adequate instrumenten, voorspelbaarheid, stabiliteit en langetermijninvesteringen die volledig in overeenstemming zijn met de wetgeving inzake de interne energiemarkt; herinnert eraan dat het van groot belang is dat de energie-interconnecties met de buurlanden spoedig worden voltooid, om aldus de banden met die landen nauwer aan te halen; benadrukt dat hiertoe de klimaatdoelstellingen van de Unie in overeenstemming moeten zijn met de lan
...[+++]getermijninvesteringen van de EU in infrastructuur met het oog op diversificatie van aanvoerroutes en het vergroten van de energiezekerheid van de Unie, zoals de zuidelijke corridor en de Nabuccopijpleiding en de eventuele aansluiting daarop van de landen in Midden- en Oost-Europa;