25. estime qu'il est fondamental d'instaurer une coopération judiciaire efficace avec les pays tiers, et en particulier avec les pays candidats à l'adhésion ainsi qu'avec d'autres pays du continent européen, faute de quoi les chances de succès des actions entreprises dans un État membre concernant des faits de criminalité transnationale risqueraient d'être fortement réduites, et en particulier les délits commis par l'intermédiaire d'Internet;
25. acht het fundamenteel dat een doeltreffende justitiële samenwerking tot stand komt met derde landen en met name met de kandidaatlanden voor de toetreding en de andere landen op het Europees continent, daar anders de kans van slagen van acties in een van de lidstaten in zaken van transnationale criminaliteit en met name van via Internet gepleegde misdrijven sterk dreigt te verminderen;