2. Les seules maladies pouvant justifier un refus d'entrer ou de séjourner sur le territoire du deuxième État membre sont les maladies définies dans les instruments applicables de l'Organisation mondiale de la santé ainsi que d'autres maladies infectieuses ou parasitaires contagieuses pour autant qu'elles fassent, dans le pays d'accueil, l'objet de dispositions de protection à l'égard des nationaux.
2. De enige ziekten uit hoofde waarvan de binnenkomst of het recht van verblijf op het grondgebied van de tweede lidstaat kan worden geweigerd, zijn de ziekten als omschreven in de relevante toepasselijke instrumenten van de Wereldgezondheidsorganisatie, alsmede andere besmettelijke, door infectie of parasieten teweeggebrachte ziekten, voorzover zij in het ontvangende land onder preventieve bepalingen ten aanzien van de eigen onderdanen vallen.