Les orientations pour la politique de l’Union européenne à l’égard des pays tiers en ce qui concerne la torture et autres peines ou traitements cruels, inhumains ou dégradants prévoient notamment que les chefs de mission dans les pays tiers incluront dans leurs rapports périodiques une analyse des cas de torture et d’autres peines ou traitements cruels, inhumains ou dégradants dans l’État où ils sont accrédités, ainsi que des mesures prises pour lutter contre ces agissements.
De richtsnoeren voor het EU-beleid ten aanzien van derde landen inzake foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing bepalen onder meer dat de hoofden van missies in derde landen in hun periodieke verslagen een analyse dienen op te nemen van eventuele gevallen van foltering of andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing in het land waarin zij geaccrediteerd zijn, en de maatregelen die zijn genomen om dit tegen te gaan.