5. prend acte du fait que la Cour de justice et le Tribunal de la fonction publique présentent tous deux un nombre d'affaires jugé en baisse et un nombre d'affaires pendantes en hausse par rapport à 2011 (Cour de justice: 886 affaires pendantes en 2012, contre 849 en 2011, et 595 affaires jugées en 2012, contre 638 en 2011; Tribunal de la fonction publique: 235 affaires pendantes en 2012, contre 178 en 2011, et 121 affaires jugées en 2012, contre 166 en 2011); constate qu'il n'y a pas de modification des postes de juges du Tribunal de la fonction publique;
5. merkt op dat het Hof van Justitie en het Gerecht voor ambtenarenzaken dezelfde trend vertonen, waarbij minder zaken werden afgesloten en meer zaken aanhangig waren dan in 2011 (Hof van Justitie: 849 hangende zaken in 2011 en 886 in 2012, met 638 afgesloten zaken in 2011 en 595 in 2012, Gerecht voor ambtenarenzaken: 178 hangende zaken in 2011 en 235 in 2012, met 166 afgesloten zaken in 2011 en 121 in 2012); merkt op dat het Gerecht voor ambtenarenzaken dezelfde leden heeft gehouden;