Le Roi détermine la procédure selon laquelle la Commission des dispenses de cotisations, visée au paragraphe 1, statue au provisoire sur les demandes de dispense de cotisations, lorsque le demandeur peut faire état d'éléments qui, à première vue, peuvent laisser penser qu'il remplit les conditions pour en bénéficier.
De Koning bepaalt de procedure op grond waarvan de in paragraaf 1 bedoelde Commissie voor vrijstelling van bijdragen een voorlopige beslissing neemt aangaande de aanvragen tot vrijstelling van bijdragen, wanneer de aanvrager elementen kan aanvoeren die op het eerste gezicht aangeven dat hij voldoet aan de voorwaarden om op die vrijstelling aanspraak te maken.