La loi du 21 avril 2007 relative à la répétibilité des honoraires et des frais d'avocats qui a, entre autres, remplacé l'article 1022 du Code judiciaire relatif à l'indemnité de procédure, a quelque peu amélioré la situation de la partie qui gagne le procès, qui peut désormais réclamer un montant plus important à la partie succombante.
De wet van 21 april 2007 betreffende de verhaalbaarheid van de erelonen en de kosten verbonden aan de bijstand van een advocaat, die onder meer artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek betreffende re rechtsplegingsvergoeding vervangen heeft, heeft de situatie van de partij die het geding wint enigszins verbeterd doordat ze van de in het ongelijk gestelde partij voortaan een groter bedrag kan eisen.