« Il vise la non-application de l'assujettissement de personnes qui peuvent en fait difficilement être qualifiées d'indépendants, tels par exemple le délégué syndical représentant son organisation auprès d'un organisme paraétatique, le bourgmestre représentant sa commune dans une intercommunale, etc» (Doc. parl., Sénat, 1969-1970, n° 361, pp. 9 et 10)
« Bedoeld is de niet-onderwerping van personen die inderdaad moeilijk als zelfstandigen kunnen worden aangemerkt, zoals bij voorbeeld de syndikale afgevaardigde die zijn organisatie vertegenwoordigt bij een parastatale instelling, de burgemeester die zijn gemeente vertegenwoordigt bij een intercommunale vereniging, e.a» (Parl. St., Senaat, 1969-1970, nr. 361, pp. 9 en 10)