Les États membres exercent, conformément au droit international, une vigilance accrue à l'égard du personnel diplomatique de la RPDC afin d'empêcher ces personnes de contribuer aux programmes de missiles balistiques ou nucléaires de la RPDC, aux autres activités interdites par les RCSNU 1718 (2006), 1874 (2009), 2087 (2013) ou 2094 (2013) ou par la présente décision, ou au contournement des mesures imposées par ces RCSNU ou par la présente décision.
De lidstaten verhogen, overeenkomstig het internationaal recht, hun waakzaamheid ten aanzien van het diplomatiek personeel van de DVK, teneinde te beletten dat dergelijke personen kunnen bijdragen tot de programma's van de DVK in verband met kernwapens of ballistische raketten, of tot de bij UNSCR 1718 (2006), 1874 (2009), 2087 (2013) en 2094 (2013) of de bij dit besluit verboden activiteiten, of tot de ontwijking van de bij de voormelde VN-Resoluties of de bij dit besluit opgelegde maatregelen.