3. Les États membres prennent les mesures nécessaires pour que les actions spécifiques destinées à apporter assistance et aide aux enfants victimes afin qu’ils puissent bénéficier des droits que leur confère la présente directive, soient engagées à la suite d’une appréciation individuelle de la situation personnelle de chaque enfant victime, compte tenu de son point de vue, de ses besoins et de ses préoccupations.
3. De lidstaten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de specifieke acties om kindslachtoffers bij te staan en te ondersteunen bij het uitoefenen van hun uit deze richtlijn voortvloeiende rechten, worden uitgevoerd op basis van een individuele beoordeling van de bijzondere omstandigheden van ieder individueel kindslachtoffer, waarbij rekening wordt gehouden met de meningen, behoeften en zorgen van het kind.