Les parties requérantes allèguent que le renvoi, par la disposition attaquée, à l'article 4.8.11, § 1, alinéa 1, du Code flamand de l'aménagement du territoire, et en particulier à son 3°, limite la possibilité d'intervenir devant
le Conseil pour les contestations des autorisations, en ce qui concerne les tiers in
téressés, à « toute personne physique ou morale à qui la décision d'autorisation, de validation ou d'enregistrement peut causer, directement ou indirectement, des désagréments ou des
...[+++]inconvénients ».
De verzoekende partijen voeren aan dat door de verwijzing, in de bestreden bepaling, naar artikel 4.8.11, § 1, eerste lid, van de VCRO, inzonderheid naar het 3° ervan, de mogelijkheid om tussen te komen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, wat derde belanghebbenden betreft, wordt beperkt tot « elke natuurlijke persoon of rechtspersoon die rechtstreekse of onrechtstreekse hinder of nadelen kan ondervinden als gevolg van de vergunnings-, validerings- of registratiebeslissing ».