(12 bis) Il peut y avoir discrimination selon la religion ou les convictions, le handicap, l'âge ou l'orientation sexuelle d'une personne déterminée, ou selon une combinaison de ces caractéristiques, ou encore au motif qu'une personne déterminée est présumée professer une religion ou des convictions particulières, être en situation de handicap, avoir un certain âge ou présenter une orientation sexuelle particulière, ou qu'elle est liée ou présumée liée à une personne telle.
(12 bis) Discriminatie kan gebaseerd zijn op godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid van een bepaalde persoon dan wel op een combinatie van deze factoren, alsook op veronderstellingen omtrent de godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid van een bepaalde persoon of van een persoon met wie deze een band of een veronderstelde band heeft.