Notons à cet égard l'importance de l'arrêté royal du 31 mai 1933 concernant les déclarations à faire en matière de subventions et allocations, déjà modifié par la loi du 7 juin 1994 en anticipation de l'arrivée des différents instruments de lutte contre la fraude dans l'UE. Divers articles du Code pénal répriment les infractions énumérées à l'article 1 de la Convention en matière de fraude, notamment les dispositions relatives au faux et à l'usage de faux, à l'escroquerie et au dol.
Van belang is het Koninklijk Besluit van 31 mei 1933 betreffende de verklaringen af te leggen in verband met subsidies, vergoedingen en toelagen, dat reeds gewijzigd werd door de wet van 7 juni 1994 in anticipatie van de komst van de verschillende instrumenten ter bestrijding van E.U.-fraude. Ook diverse artikelen van het Strafwetboek bestraffen de misdrijven opgesomd door artikel 1 van de Fraudeovereenkomst, zoals de bepalingen inzake valsheid in geschrifte, gebruik van valse stukken, oplichting, en bedrog.