Art. 6. Par dérogation à l'article 5, l'ouvrier(-ière) peut emporter le vêtement de travail à domicile et en assurer lui(elle)-même le nettoyage, la réparation et l'entretien, pour autant qu'il ressorte de l'analyse des risques, effectuée conformément à l'article 8 de l'arrêté royal du 27 mars 1998 relatif à la politique du bien-être des travailleurs lors de l'exécution de leur travail, que le vêtement de travail ne constitue aucun risque pour l'ouvrier(ière) et son entourage immédiat.
Art. 6. In afwijking van artikel 5 mag de arbeider de werkkledij mee naar huis nemen en zelf voor de reiniging, de herstelling en het onderhoud ervan instaan, voor zover uit de risicoanalyse, uitgevoerd conform artikel 8 van het koninklijk besluit van 27 maart 1998 betreffende het beleid inzake het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, blijkt dat de werkkledij geen risico vormt voor de gezondheid van de arbeider en van zijn directe omgeving.