première branche, l'article 24, §§ 1 et 4, de la Constitution garantit la liberté d'enseignement et l'égalité de traitement de chacun, ce qui implique, si on entend que la liberté d'enseignement ne reste pas purement théorique, que ceux qui veulent créer une école puissent raisonnablement prétendre aux subventions de l'autorité, et en ce que les articles 25 et 97 à 101 du décret prévoient que les écoles qui relèvent des réseaux établis et qui sont insuffisamment représentées en un lieu donné peuvent déroger radicalement aux normes standard en matière de subventionnement public,
eerste onderdeel, het artikel 24, § 1, en § 4, van de Grondwet, de vrijheid van onderwijs en een gelijke behandeling van eenieder waarborgen, wat inhoudt dat, wil de vrijheid van onderwijs reëel zijn, de initiatiefnemers voor de oprichting van een school een redelijke aanspraak moeten kunnen maken op subsidies van de overheid, en doordat de artikelen 25 en 97 tot en met 101 van het decreet de erkenning inhouden dat voor scholen, die behoren tot de gevestigde netten en die op een bepaalde plaats niet sterk vertegenwoordigd zijn, op ingrijpende wijze mogen afwijken van de standaardnormen inzake overheidssubsidiëring,