17. souligne le rôle majeur des programmes Comenius, Erasmus et Leonardo da Vinci dans le développement des politiques européennes d'enseignement et de formation; rappelle que considérer ces programmes comme une pierre angulaire du développement de la stratégie de l'UE en faveur de la jeunesse est une de ses priorités politiques, en particulier dans la perspective de la prochaine génération de programmes pluriannuels;
17. onderstreept de belangrijke rol van de programma's Comenius, Erasmus en Leonardo da Vinci bij de ontwikkeling van het Europese onderwijs- en opleidingsbeleid; herhaalt zijn politieke prioriteit dat deze programma's moeten worden beschouwd als een hoeksteen in de ontwikkeling van de EU-strategie voor jongeren, met name voor de volgende generatie meerjarenprogramma's;