46. demeure peu convaincu par l'appel du G20 à la conclusion, avant la fin de 2010, des négociations commerciales du cycle de Doha pour le développement dans le cadre de l'OMC; observe avec une grande satisfaction, cependant, que les dirigeants du monde se sont abstenus de réaffirmer à Pittsburgh la thèse trompeuse embrassée au sommet de Londres, en avril, selon laquelle la conclusion du cycle de Doha devrait être considérée comme un facteur de stabilisation de l'économie mondiale, étant donné que les éventuels résultats du cycle de Doha ne seraient mis en œuvre qu'avec un décalage important dans le temps;
46. is er nog steeds niet van overtuigd dat de oproep van de G20 om de onderhandelingen in het kader van de Doha-ontwikkelingsronde van de WTO vóór eind 2010 af te ronden kan worden gerealiseerd; constateert evenwel tot zijn tevredenheid dat de wereldleiders zich in Pittsburgh niet meer hebben laten verleiden tot het opnieuw uitspreken van het op de Top in Londen in april omhelsde waanidee dat de afronding van de Doha-ronde moet worden beschouwd als een factor in de stabilisatie van de wereldeconomie, aangezien de resultaten van welke Doha-ronde dan ook slechts met aanzienlijke vertraging kunnen worden uitgevoerd;
