En ce qui concerne la seconde modification proposée par l'amendement nº 5, à savoir l'introduction d'un délai maximal de quinze jours in fine du § 4 de l'article 14, la ministre répond que si, dans le délai de trois mois à dater de l'arrestation provisoire, l'ensemble des pièces justificatives confirmant le mandat d'arrêt n'ont pas été transmises à la Cour, la personne sera de toute façon remise en liberté.
Wat betreft de tweede wijziging die amendement nr. 5 voorstelt, namelijk de invoering van een maximumtermijn van vijftien dagen aan het slot van § 4 van artikel 14, antwoordt de minister dat de persoon sowieso vrijgelaten wordt als binnen een termijn van drie maanden te rekenen van de voorlopige aanhouding alle stukken tot staving die het bevel tot aanhouding bevestigen, niet aan het Hof zijn bezorgd.