Un jeune garçon plutôt timide, comme son papa d’ailleurs, que nous avons rencontré à plusieurs reprises et que nous avons le plaisir d’accueillir aujourd’hui encore dans notre hémicycle, un jeune qui aimait les maths, qui aimait le football et qui serait, bien entendu, revenu à la vie civile s’il ne vivait pas, depuis quatre ans maintenant, dans un trou, coupé du monde et coupé de sa famille.
Hij is een vrij verlegen jongeman – net als zijn vader overigens, die we meerdere malen hebben ontmoet en die we vandaag met veel genoegen weer in dit Parlement ontvangen – een jonge man die van wiskunde hield, die van voetbal hield en die vanzelfsprekend zijn burgerbestaan weer zou hebben opgepakt, ware het niet dat hij nu al vier jaar in een hol leeft, afgezonderd van de buitenwereld en afgezonderd van zijn familie.