4. a) Le nombre de tumeurs croît-il plus rapidement en Région flamande que dans les autres Régions ? b ) Pouvez-vous expliquer comment il se fait que le nombre de tumeurs croît plus rapidement, ou éventuellement moins rapidement, en Flandre ?
4. a) Stijgt het aantal tumoren in het Vlaamse Gewest sneller dan het aantal tumoren in de andere Gewesten? b) Heeft u een verklaring voor de ene of voor de andere tendens?