4. estime qu'avec l'émergence de n
ouvelles puissances dans la sphère économique et de politique étrangère, l'UE ne verra pas son influence diminuée, mais qu'elle a un rôle majeur à jouer dans la promotion d'une acceptation commune des choix politiques et qu'elle devrait montrer le chemin à suivre pour répondre aux enjeux planétaires; considère que l'UE et ses partenair
es transatlantiques devraient se concentrer sur la réalisation des économies d'échelle nécessaires et fournir des efforts concertés afin de se donner les moyens d'inter
...[+++]agir avec les puissances émergentes de manière constructive et efficace, sur un plan à la fois multilatéral et bilatéral, et dans un esprit de partenariat réel et de coopération efficace; indique la nécessité de concevoir un système de gouvernance mondiale qui soit inclusif et fondé sur la coopération et la coordination avec les BRICS et autres pays émergents, le cas échéant, ce dans l'intérêt de tous; souligne également le rôle clé de l'UE et de ses partenaires transatlantiques pour promouvoir un système de gouvernance mondiale inclusif; soutient que l'UE devrait agir de façon plus stratégique pour permettre à l'Europe de peser de tout son poids sur la scène internationale, en particulier en gérant les implications de l'interdépendance, en engageant des réformes de la gouvernance mondiale et en favorisant des actions collectives dans des domaines tels que l'état de droit, l'environnement durable ou la sécurité régionale, grâce à une interaction constructive avec les BRICS et les autres puissances émergentes; 4. is van oordeel dat de EU met de opkomst van nieuwe wereldmachten op het gebied van economie en
buitenlands beleid niet aan invloed zal inboeten, maar dat er een belangrijke rol voor haar is weggelegd bij het bevorderen van een gemeenschappelijke visie op politieke keuzen en dat zij leiderschap moet tonen bij de aanpak van mondiale uitdagingen; meent dat de EU en haar trans-Atlantische partners zich moeten richten op het behalen van de nodige schaalvoordelen en het initiatief moeten nemen voor gezamenlijke inspanningen met het oog op een constructieve en doeltreffende wisselwerking met de opkomende mogendheden, zowel bilateraal als mu
...[+++]ltilateraal, en in een geest van echt partnerschap en goede samenwerking; wijst erop dat er een alomvattend stelsel voor mondiaal bestuur moet worden ontwikkeld dat gebaseerd is op samenwerking en coördinatie met de BRICS-landen en andere opkomende mogendheden, naar gelang het geval, ten voordele van alle partijen; wijst voorts op de sleutelrol van de EU en haar trans-Atlantische partners in het bevorderen van een alomvattend stelsel voor mondiaal bestuur; onderstreept dat de EU strategischer dient te handelen om zodoende het werkelijke gewicht van Europa op internationaal vlak te doen gelden, met name door het beheer van de uitwerkingen van de wederzijdse afhankelijkheid, het op gang brengen van hervormingen van het mondiaal bestuur, en het teweegbrengen van een gemeenschappelijk optreden op gebieden als de rechtsstaat, duurzaam milieu en regionale veiligheid door middel van constructieve wisselwerking met de BRICS-landen en andere opkomende mogendheden;