Ce document, que tous les journalistes de la B.R.T.N. sont censés prendre pour ligne de conduite, dit notamment ceci : « Un journaliste ne peut toutefois pas soutenir publiquement une actio
n en lui donnant un grand retentissement (...) lorsqu'elle poursuit un objectif au sujet duquel l'opinion publique est manifestement divisée
» (Traduction.) Ou, plus loin, par référence au droit pénal : « L'outrage envers les titulaires d'une fonction (...) peut, selon les circonstances, être considéré comme un manquement au devoir de loyauté ou comm
...[+++]e une atteinte à la dignité de la fonction; elle porte également préjudice à la crédibilité de l'objectivité de l'information» (Traduction.)
Dit document, dat alle B.R.T.N.-journalisten geacht worden tot leidraad te nemen, zegt o.m. « Een journalist mag evenwel niet openbaar met ruime weerklank een actie ondersteunen (...) wanneer deze een doel nastreeft waarover de publieke opinie duidelijk is verdeeld ». Of verder, verwijzend naar het Strafrecht : « Smaad jegens ambtsdragers (...) kan naar omstandigheden aanzien worden als een tekortkoming aan de plicht tot loyauteit of als een aantasting van de waardigheid van het ambt; zij schaadt ook de geloofwaardigheid van objectiviteit van de informatie».