Traduction de «plus élevé respectivement » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

la méthode des plus forts restes | la méthode des plus grands restes | la méthode des restes les plus élevés
het stelsel van de grootste overschotten | systeem Roget

la répartition la plus rationnelle de la production au niveau de productivité le plus élevé
de meest rationele verdeling van de productie op een zo hoog mogelijk peil

antigène prostatique spécifique plus élevé
prostaatspecifiek antigeen verhoogd

tirant d'eau moyen le plus élevé
grootste gemiddelde diepgang

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Elle a en outre accepté d'appliquer les dispositions en la matière prévues par la CPAF (convention pluriannuelle de financement) en cas de catastrophe naturelle, qui permettent de solliciter, au titre de certaines mesures, un taux de cofinancement communautaire et un taux d'aide publique plus élevés (respectivement 85 % au lieu de 75 % et 75 % au lieu de 50 % pour les bénéficiaires privés).
Zij besloot ook om gebruik te maken van de in de MAFA (meerjarenovereenkomst voor de financiering) opgenomen bepalingen betreffende natuurrampen, op grond waarvan voor sommige maatregelen een hoger EU-medefinancieringspercentage (85 % in plaats van 75 %) en een hoger overheidssteunpercentage (75 % in plaats van 50 % voor particuliere begunstigden) mag worden gehanteerd.

Les nouvelles entreprises, en particulier les PME, représentent la principale source de création d’emplois (plus de quatre millions par an en Europe[5]). Pourtant, le moteur de cette reprise économique donne des signes de faiblesse: depuis 2004, la part des travailleurs qui préfèrent une activité indépendante à un emploi salarié a chuté dans 23 des 27 États membres de l’Union européenne[6]. Il y a trois ans, l’activité indépendante était le choix privilégié par 45 % des Européens, mais ce pourcentage n’est plus que de 37 % aujourd’hui[7]. Il est bien plus élevé aux États-Unis et en Chine, où il atteint respectivement 51 et 56 %.
Nieuwe ondernemingen, met name kmo's, vormen de belangrijkste bron van nieuwe werkgelegenheid: zij zorgen jaarlijks voor meer dan 4 miljoen nieuwe banen in Europa[5]. De motor achter dit herstel is echter aan het sputteren: sinds 2004 is het aantal mensen dat liever zelfstandig ondernemer is dan werknemer in 23 van de 27 EU-lidstaten gedaald[6]. Terwijl drie jaar geleden zelfstandig ondernemen de eerste keuze was voor 45 % van de Europeanen, is dit percentage nu gedaald naar 37 %.[7] In de VS en China is dit percentage veel hoger: respectievelijk 51 en 56 %.

L’Europe connaît actuellement un très net recul des investissements, qui se chiffre en moyenne à plus de 20 %, en comparaison directe avec l'année 2007, antérieure à la crise. Au Portugal et en Grèce, le fléchissement des investissements s'élève respectivement à 36 % et 64 %.
Er wordt momenteel veel minder in Europa geïnvesteerd. Over het geheel genomen beloopt de afname 20 % ten opzichte van 2007, het jaar vóór de crisis. In Portugal gaat het om 36 % en in Griekenland om 64 %.

Dans ce cas également, les montants annuels sont plus élevés pour les bénéficiaires d'une pension de survie dans le régime de pension des travailleurs indépendants et s'élèvent respectivement à 460 414 et 575 518 francs net.
Voor wie een overlevingspensioen in het pensioenstelsel voor zelfstandigen geniet, gelden eveneens hogere jaarbedragen, respectievelijk 460 414 en 575 518 frank netto.

Au niveau des sections du SH, les taux globaux d’utilisation des préférences les plus élevés concernaient les «produits minéraux», le «matériel de transport» et les «matières plastiques et caoutchouc» (supérieurs à 90 %), alors que les taux d’utilisation des préférences les plus faibles concernaient le «bois» et les «perles» (environ 9 % et 34 % respectivement).
Wat GS-categorieën betreft, is het hoogste totale preferentiegebruik te vinden bij "minerale producten", "vervoermaterieel" en "kunststof rubber" (meer dan 90 %), terwijl het laagste totale preferentiegebruik te vinden is bij "hout" en "parels" (respectievelijk circa 9 % en 34 %).

Une part significative du nombre total de migrants en situation irrégulière détectés dans ces deux régions se composait de personnes possédant une nationalité qui, selon les données d’Eurostat, bénéficie, à l'échelle de l'Union, d'un taux élevé de reconnaissance d'une protection internationale (en 2014, les Syriens et les Érythréens, pour lesquels ce taux de reconnaissance à l’échelle de l’UE était supérieur à 75 %, représentaient plus de 40 % et plus de 50 % desdits migrants respectivement en Italie et en Grèce).
Een groot deel van de onregelmatige migranten die in deze twee regio’s werden aangetroffen, had een nationaliteit waarvoor volgens de gegevens van Eurostat in de EU een hoge erkenningsgraad geldt (in 2014 maakten Syriërs en Eritreeërs, voor wie de erkenningsgraad meer dan 75% bedraagt, ruim 40% en 50% uit van het aantal onregelmatige migranten in respectievelijk Italië en Griekenland).

En 2000, le taux d'emploi enregistré dans les régions les mieux placées à cet égard (c'est-à-dire celles accusant les taux les plus élevés et totalisant 10 % de la population des quinze) était en moyenne de 77,2 %, alors que le taux d'emploi enregistré dans les régions les plus mal placées (c'est-à-dire accusant les taux les plus bas et totalisant elles aussi 10 % de la population) était inférieur à 46 % (carte 3 - Taux d'emploi, 2000 et tableau 4 - Régions accusant respectivement les taux d'emploi les plus élevés et les plus bas, 1999-2000).
In 2000 bedroeg de geregistreerde arbeidsparticipatie in de voorspoedigste regio's (dat wil zeggen de regio's met de hoogste de arbeidsparticipatie en 10% van de totale bevolking van de vijftien) gemiddeld 77,2%, terwijl de geregistreerde arbeidsparticipatie in de minst voorspoedige regio's (dat wil zeggen, die met het laagste werkgelegenheidspercentage en eveneens 10% van de totale bevolking) minder dan 46% was (kaart 3 - Werkgelegenheidsgraad, 2000 en tabel 4 - Regio's met respectievelijk de hoogste en de laagste arbeidsparticipatie in 1999-2000).

À Arnhem-Nijmegen, plus de 1 800 emplois ont été perdus entre 1993 et 1995 et dans le Brabant sud-est, les villes d'Eindhoven et de Helmond ont des taux de chômage particulièrement élevés : respectivement 16,9% et 18,3%.
In Arnhem-Nijmegen zijn tussen 1993 en 1995 meer dan 1.800 arbeidsplaatsen verloren gegaan. In Zuidoost-Brabant tenslotte is in de steden Eindhoven en Helmond de werkloosheid bijzonder groot : respectievelijk 16,9 % en 18,3 %.

La Hongrie et la Pologne, avec respectivement 5,1 % et 4,8 %, ont enregistré les taux de croissance les plus élevés.
De hoogste groeipercentages werden genoteerd in Hongarije en Polen, respectievelijk 5,1% en 4,8%.

Les écarts de prix les plus élevés ont été constatés pour les modèles suivants: - Ford Fiesta 1.1 (47,9% entre l'Italie et les Pays-Bas); - Ford Scorpio 2.0 (55,5% entre l'Italie et l'Autriche); - Rover 214/Rover 820 (respectivement 50,8% entre l'Italie et l'Allemagne et 50,7% entre la Suède et l'Autriche); - Subaru Legacy Sedan 2.0 (53,6% entre les Pays-Bas et l'Autriche).
De grootste prijsverschillen betroffen de volgende modellen: - Ford Fiesta 1.1 (47,9% tussen Italië en Nederland); - Ford Scorpio 2.0 (55,5% tussen Italië en Oostenrijk); - Rover 111/Rover 820 (50,8%/50,7% tussen respectievelijk Italië en Duitsland/Zweden en Oostenrijk); - Subaru Legacy Sedan 2,0 (53,6% tussen Nederland en Oostenrijk).