2. Chaque fois qu’il ressort des informations disponibles que le demandeur a droit au versement d’une prestation par une institution en vertu de l’article 52, paragraphe 1, point b), du règlement de base, ladite institution lui verse une avance dont le montant est le plus proche possible de celui qui sera probablement liquidé en application de l’article 52, paragraphe 1, point b), du règlement de base.
2. Indien uit de beschikbare inlichtingen blijkt dat de aanvrager recht heeft op een uitkering van een orgaan op grond van artikel 52, lid 1, onder b), van de basisverordening, betaalt dat orgaan hem een voorschot dat zo dicht mogelijk het bedrag benadert dat vermoedelijk op grond van artikel 52, lid 1, onder b), van de basisverordening zal worden uitbetaald.