Sur avis de la commission, un deuxième alinéa, rédigé comme suit, a été ajouté à l'article 44/1 : « En vue d'accomplir leurs missions de police judiciaire et de police administrative, les services de police peuvent recueillir et traiter, selon les modalités déterminées par le Roi, après avis de la Commission de la protection de la vie privée, des données à caractère personnel visées à l'article 6 de la loi du 8 décembre 1992..».
Op advies van de commissie werd een tweede lid toegevoegd aan artikel 44/1, dat luidt: " Bij het vervullen van hun opdrachten van gerechtelijke en van bestuurlijke politie kunnen de politiediensten op de wijze bepaald door de Koning, na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, de persoonsgegevens verzamelen en verwerken bedoeld in artikel 6 van de wet van 8 december 1992.." .