Considérant que dans les salles de spectacle dont question, l'autorité fédérale est compé
tente en matière de police interne relative à la protection du travail; qu'en cette même matière les régions sont compétentes en matière de police des établissements classés; que la dernière police nommée est concernée par la protection de l'environnement, tant externe qu'interne, notamment la protection du public; que lors d'une demande de dérogation aux prescriptions des articles 635 à 681 du Règlement général pour la protection du trava
il, les exploitants doivent obtenir ...[+++] la dérogation de l'autorité fédérale et régionale compétente, ce qui donne lieu à un double emploi; que la présence de travailleurs dans ces salles de spectacle est négligeable par rapport à la présence du public; que l'abrogation des articles 635 à 681 du Règlement général pour la protection du travail en ce qui concerne la protection des travailleurs, ne porte pas préjudice à la protection des travailleurs présents dans ces salles de spectacle, étant donné que leur protection est suffisamment garantie par le respect des autres dispositions de la loi du 4 août 1996 relative au bien-être des travailleurs lors de l'exécution de leur travail et de ses arrêtés d'exécution;
Overwegende dat in de bedoelde schouwspelzalen de federale overheid bevoegd
is voor de interne politie met betrekking tot de arbeidsbescherming; dat in dezelfde materie de gewesten bevoegd zijn voor de politie van de ingedeelde inrichtingen; dat laatstgenoemde politie betrekking heeft op de bescherming van de omgeving, zowel extern als intern, inzonderheid de bescherming van het publiek; dat bij het verzoek om een afwijking van de voorschriften van de artikelen 635 tot 681 van het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming, de exploitanten deze afwijking dienen te bekomen van de bevoegde federale overheid en van de bevoegde geweste
...[+++]lijke overheid, wat een dubbel gebruik uitmaakt; dat de aanwezigheid van werknemers in deze schouwspelzalen verwaarloosbaar is in vergelijking met de aanwezigheid van het publiek; dat de opheffing van de artikelen 635 tot 681 van het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming, wat de bescherming van de werknemers betreft, geen afbreuk doet aan de bescherming van de in deze schouwspelzalen aanwezige werknemers, die in voldoende mate gegarandeerd is door de naleving van de andere bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk en haar uitvoeringsbesluiten;