Enfin, la Commission a rappelé qu'il existe dans la plupart des législations nationales des États membres de la Communauté européenne le principe de l'exception d'usage antérieur qui permet à toute personne qui avant le dépôt du brevet [66]utilisait déjà l'invention dans la Communauté européenne ou faisait des préparatifs effectifs et sérieux de poursuivre ladite utilisation ou d'utiliser l'invention comme envisagée dans les préparatifs.
Ten slotte heeft de Commissie gewezen op het feit dat de meeste nationale wetgevingen van de lidstaten het beginsel van de uitzondering wegens vroeger gebruik kennen, waardoor iedereen die vóór de octrooiering [66] de uitvinding al in de Europese Gemeenschap gebruikte dan wel effectief en serieus voorbereidingen voor een dergelijk gebruik trof, deze uitvinding kan blijven gebruiken of deze volgens plan bij zijn voorbereidingen mag gebruiken.