A l'occasion de l'attribution aux régions, par la loi spéciale du 8 août 1988 modifiant la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, de la compétence en matière de police des établissements dangereux, insalubres et incommodes, les « mesures de police interne qui concernent la protection du travail » ont fait l'objet d'une réserve (article 6, § 1, II, 3°, de la loi spéciale du 8 août 1980), les travaux préparatoires précisant que « la notion de ' police interne ' vise exclusivement la protection du travail au sens large, pour laquelle le pouvoir national reste compétent » (Doc. parl., S.E. 1988, n° 516/6, p. 115).
Toen de bevoegdheid inzake de politie van de gevaarlijke, ongezonde en hinderlijke bedrijven door de bijzondere wet van 8 augustus 1988 tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der
instellingen aan de gewesten werd toegewezen, hebben de « maatregelen van interne politie die betrekking hebben op de arbeidsbescherming » het voorwerp uitgemaakt van een voorbehoud (artikel 6, § 1, II, 3°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980), waarbij in de parlementaire voorbereiding is gepreciseerd dat « het begrip ' interne politie ' uitsluitend betrekking heeft op de arbeidsbescherming in ruimere zin.
Daarvoor ...[+++]blijft de Nationale Overheid bevoegd » (Parl. St., B.Z. 1988, nr. 516/6, p. 115).