De periode van twaalf maanden, vermeld in het eerste lid, 5°, b), wordt verminderd met het aantal maanden waarin een van de volgende vergoedingen of inkomens wordt ontvangen : a) een vergoeding als vermeld in artikel 64quinquies van het konink
lijk besluit van 21 december 1967 tot vaststelling van het algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen voor werknemers; b) een vergoeding als vermeld in artikel 107quater van het koninklijk besluit van 22 december 1967 houdende algemeen reglement betreffende het rust- en overlevingspensioen der zelfstandigen; c) een vervangingsinkomen als vermeld in artikel 76, 10°, van de prog
...[+++]rammawet van 28 juni 2013, gecumuleerd met het genot van een overlevingspensioen.