Art. 23. L'activité minimum, visée à l'article 4, alinéa premier, c), iii), du règlement (UE) n° 1307/2013, doit être effectuée sur des terres avec des pâturages naturels et comprend l'application d'une des mesures suivantes :
Art. 23. De minimumactiviteit, vermeld in artikel 4, eerste lid, c), iii), van verordening (EU) nr. 1307/2013, moet uitgevoerd worden op gronden met natuurlijke graslanden en bestaat uit de toepassing van één van de volgende maatregelen: