Il renvoie enfin à l'article 21 de la loi anti-blanchiment du 1 décembre 1993 qui stipule: « Le prix de la vente par un commerçant d'un ou de plusieurs biens [ainsi que le prix d'une ou de plusieurs prestations de services fournies par un prestataire de services] pour un montant de [5 000 euros] ou plus, ne peut être acquitté en espèces [que pour un montant n'excédant pas 10 % du prix de la vente ou de la prestation de services et pour autant que ce montant ne soit pas supérieur à 5 000 euros], que la vente [ou la prestation de services] soit effectuée en une opération ou sous la forme d'opérations fractionnées qui apparaissent liées.]
Tot slot verwijst hij naar artikel 21 van de antiwitwaswet van 11 januari 1993, dat het volgende bepaalt : « De prijs van de verkoop door een handelaar van één of meerdere goederen [evenals de prijs van één of meerdere dienstprestaties geleverd door een dienstverstrekker,] voor een bedrag van [5 000 euro] of meer, mag niet in contanten worden vereffend, [uitgezonderd voor een bedrag dat 10 % van de prijs van de verkoop of de dienstprestatie niet overstijgt, en voor zover dit bedrag niet hoger is dan 5 000 euro] ongeacht of de verkoop [of de dienstprestatie] plaatsvindt in één verrichting of via meerdere verrichtingen waartussen een verband lijkt te bestaan.].