Ces procédures devaient être examinées au regard du principe ne bis in idem (droit à ne pas être puni pénalement deux fois pour une même infraction), consacré à l’article 50 de la Charte, bien que les textes législatifs nationaux sous-jacents à ces sanctions administratives et à ces poursuites pénales n'eussent pas été adoptés pour transposer le droit de l’Union.
Die rechtbank was er niet zeker van of een verweerder strafrechtelijk kan worden vervolgd wegens belastingfraude in de context van btw-aangiften wanneer die verweerder voorheen reeds een belastingboete is opgelegd voor het verstrekken van dezelfde onjuiste inlichtingen. Een dergelijke vervolging moest worden getoetst aan het ne-bis-in-idembeginsel (dat inhoudt dat een persoon niet tweemaal kan worden bestraft voor hetzelfde delict), als vastgelegd in artikel 50 van het Handvest, hoewel de nationale wetgeving tot omzetting van het EU-recht die de grondslag vormt voor deze administratieve boetes en strafrechtelijke vervolgingen nog niet was aangenomen.