En 2001, la Commission a adopté une communication accompagnée de propositions législatives sur les carburants de substitution pour les transports routiers, déterminant trois carburants principaux (biocarburants, gaz naturel et hydrogène) possédant un potentiel de développement.[6] Les propositions juridiques ont été adoptées, sous une forme modifiée, en 2003.
In 2001 heeft de Commissie een mededeling goedgekeurd die gepaard ging met een wetgevingsvoorstel over alternatieve brandstoffen voor het wegvervoer. Zij vestigde daarin de aandacht op hoofdzakelijk drie brandstoffen (biobrandstoffen, aardgas en waterstof) die over ontwikkelingspotentieel beschikken.[6] De wetgevingsvoorstellen zijn in 2003 geamendeerd aangenomen.