« L'article 4 de la loi du 25 juillet 2008 modifiant le Code civil et les lois coordonnées du 17 juillet 1991 sur la comptabilité de l'Etat en vue d'interrompre la prescription de l'action en dommages et intérêts à la suite d'un re
cours en annulation devant le Conseil d'Etat, interprété comme accordant un effet interruptif de la prescription au recours en annulation d'un acte administratif devant le Conseil d'Etat sans distinction entre les créances prescrites ou non prescrites sous l'empir
e de la législation précédant sa publication, de ...[+++]telle sorte qu'il fait renaître des créances ` définitivement éteintes ` avant son adoption en vertu et selon les termes de l'article 100 des lois coordonnées du 17 juillet 1991 sur la comptabilité de l'Etat, viole-t-il les articles 10 et 11 ainsi que 16 de la Constitution, lus seuls ou en combinaison avec les articles 6.1 et 13 de la Convention européenne des droits de l'homme et avec l'article 1 du Premier Protocole additionnel à cette Convention, le principe de non rétroactivité, le principe de sécurité juridique, de prééminence du droit et du droit à un procès équitable ?« Schendt artikel 4 van de wet van 25 juli 2008 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek en de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit met het oog op het stuiten van de verjaring van de vordering tot schadevergoeding ten gevolge van een beroep tot vernietiging bij de Raad van State, in die zin geïnterpreteerd dat het een verjaringstuitende werking verleent aan het beroep tot nietigverklaring van een administratieve handeling voor de Raad van State, zonder onderscheid naargelang de schuldvorderingen onder de gelding van de wetgeving v
óór de bekendmaking ervan al dan niet zijn verjaard, zodat het schuldvorderingen
...[+++]doet herleven die vóór de aanneming ervan ' voorgoed vervallen ' waren krachtens en volgens de bewoordingen van artikel 100 van de gecoördineerde wetten van 17 juli 1991 op de Rijkscomptabiliteit, de artikelen 10 en 11 alsook 16 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 6.1 en 13 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens en met artikel 1 van het Eerste Aanvullend Protocol bij dat Verdrag, het beginsel van niet-retroactiviteit, het beginsel van rechtszekerheid, van de voorrang van het recht en van het recht op een eerlijk proces ?