« Art. 80. Aux fins visées à l'article 35, § 1, 1° et 2°, l'auditeur peut, en cas d'urgence, ordonner par décision motivée, sauf dans une habitatio
n privée, la saisie provisoire de fonds, valeurs, titres ou droits qui sont la propriété de la personne faisant l'objet d'une enquête menée par la CBFA ou par une autorité compétente au sens de l'article 75, § 1
, 3° ou 4°, et qui, soit constituent l'objet de l'infraction examinée, soit étaient desti ...[+++]nés ou ont servi à commettre l'infraction en question, soit constituent un avantage patrimonial tiré directement de l'infraction ou en constituent l'équivalent.« Art. 80. Voor de in artikel 35, § 1, 1° en 2°, bedoelde doeleinden, kan de auditeur, in geval van hoogdringendheid en buiten een privé-woning, bij gemotiveerde
beslissing de voorlopige inbeslagneming bevelen van gelden, waarden, titels of rechten die eigendom zijn van de persoon die het voorwerp uitmaakt van een onderzoek door de CBFA of door een bevoegde autoriteit in de zin van artikel 75, § 1, 3° of 4°, en die hetzij het voorwerp van de onderzochte inbreuk uitmaken, hetzij tot het plegen van de inbreuk bestemd waren of gediend hebben, hetzij een vermogensvoordeel vormen dat rechtstreeks uit de inbreuk is verkregen of er het equival
...[+++]ent van uitmaken.