Par dérogation et afin d'assurer la cohérence entre l'accord de partenariat et le rapport d'avancement, les États membres ne comptant pas plus d'un programme opérationnel par fonds peuvent inclure les informations relatives aux conditions ex ante visées à l'article 44, paragraphe 3, les informations requises à l'article 44, paragraphe 4, et les informations visées aux points a), b), c) et i) du présent paragraphe dans le rapport d'avancement plutôt que dans les rapports de mise en œuvre annuels présentés en 2017 et 2019 respectivement et le rapport final respectivement, sans préjudice de l'article 100, paragraphe 2, point b).
In afwijking van het voorgaande en met het oog op de samenhang tussen de partnerschapovereenkomst en het voortgangsverslag, kunnen de lidstaten met niet meer dan één operationeel programma per fonds informatie in verband met de in artikel 44, lid 3, gestelde ex-antevoorwaarden, de in artikel 44, lid 4, verlangde informatie, en de onder de punten a), b), c) en i) van dit lid bedoelde informatie in het voortgangsverslag opnemen in plaats van in de in 2017 respectievelijk 2019 in te dienen jaarverslagen en het eindverslag, onverminderd het bepaalde in artikel 100, lid 2, onder b).