Art. 6. Les organisations de travailleurs s'engagent à recommander à leurs organisations affiliées de se mettre d'accord entre eux, éventuellement en recourant à l'initiati
ve conciliatrice du président de la Sous-commission paritaire des maisons d'éducation et d'hébergement de la Communauté flamande pour la désignation ou l'élection d'une délégation syndicale commune dans les établissements, en tenant compte du nombre d'affiliés dont elle doit être composée et du nombre de représentants auquel chaque organisation a droit, ainsi que de faire en sorte que les délégués désignés ou les candidats pré
sentés à l'élection ...[+++]soient élus sur base de leur autorité, dont ils doivent disposer pour remplir leurs fonctions, ainsi que leur compétence.Art. 6. De werknemersorganisaties verbinden er zich toe aan hun aangesloten organisaties aan te bevelen zich onderling akkoord te stellen en daartoe even
tueel een beroep te doen op het verzoeningsinitiatief van de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap voor het aanwijzen of het verkiezen van een gemeenschappelijke syndicale afvaardiging in de instellingen, rekening houdend met het aantal leden waaruit zij moet samengesteld zijn en met het getal dat aan iedere vertegenwoordigde organisatie toekomt, en er voor zorgen dat de aangewezen afgevaardigden of voor verkiezi
...[+++]ng voorgedragen kandidaten worden gekozen op grond van hun gezag, waarover zij in het uitvoeren van hun functies moeten beschikken, evenals voor hun bevoegdheid.